Toen ik bij Anderlecht speelde, had ik nogal een druk leven. Paars-wit was een populaire ploeg in die tijd. Buiten de wedstrijden voor het kampioenschap, de beker, de Europacup en de nationale ploeg, kwamen daar nog vriendschappelijke wedstrijden en grote tornooien in het buitenland bij. Er moest nu eenmaal geld in het laatje komen.
Dat bracht natuurlijk mee dat ik zelden thuis was. Men kon mij moeilijk een goede huisvader noemen. Mijn zoon Sven heb ik niet zien opgroeien. Dat wil ik nu goedmaken, zoveel dat nog mogelijk is. Verleden dinsdag toog ik daarom samen met mijn kleinzoon Milan naar de terreinen van CS Machelen, waar hij zijn eerste stappen op een voetbalveld ging zetten. Toen ik er aankwam, was ik aangenaam verrast door de nieuwe infrastructuur van die club, waar ik nooit heb gevoetbald.
Discussie om een wedstrijdbal
Ik koos voor FC Peutie, en men heeft mij dat in mijn geboortedorp nooit volledig vergeven. Wel speelde ik in het J-B Derooverstadion met Anderlecht tegen het Franse Valenciennes de openingswedstrijd. We wonnen met 3-1 en ik scoorde het eerste doelpunt, zoals in het scenario was voorzien. Ik herinner mij nog een incidentje na die match.
Het was de traditie bij zulke wedstrijden dat Paul van Himst, de kapitein, de matchbal mee naar huis nam. Dat was buiten Jef Gillis gerekend… Die man was al honderd jaar – neen, dat is overdreven, laten we het houden op negenennegentig jaar – de terreinverzorger van CS Machelen.
Toen we na de wedstrijd met de spelersbus wilden vertrekken, sprong Jef hevig gesticulerend voor de bus en eiste zijn bal terug. Niet onder de indruk van deze heldendaad sprak de toen al taalvaardige Jan Mulder de historische woorden: “Sodemieter op man, boerenlul!” Om verdere handtastelijkheden te vermijden, want Jef Gillis had Mulder ondertussen al voor potstamper uitgescholden, heeft de steeds vriendelijk lachende Paul van Himst de bal dan maar teruggegeven.
Mijn zoon Sven voetbalde ook bij Machelen, maar is een echte fanatiekeling als het over Anderlecht gaat. Zo heeft hij het mij nog altijd niet vergeven dat ik ooit bij Club Brugge heb gespeeld. Hij vond dat ik heulde met de vijand, een collaborateur was. Hij vertikte het naar de matchen van blauw-zwart te komen kijken toen ik er speelde en hij bij mij op bezoek was in het Venetië van het noorden. Hij verkoos naar de bioscoop te gaan!
Mijn kleindochter Manon en mijn kleinzoon Milan slapen nu al in een pyjama met de kleuren en het embleem van Anderlecht. Men noemt dat hersenspoeling op jonge leeftijd, maar… er zijn ergere dingen in het leven!