In het licht van de erkenning van de Armeense genocide door de Amerikaanse president Biden en de Turkse ontkenning daarvan, heeft de senaat van de staat Californië een nieuw wetsontwerp geaccepteerd. Dit wetsvoorstel maakt het mogelijk voor steden en districten binnen de staat om zich terug te trekken van financiële investeringen uit Turkije.
In Californië wonen veel mensen van Armeense afkomst. Veel van hen werken in het publieke domein, zoals bijvoorbeeld het onderwijs. Volgens senator Portantino stammen veel mensen in zijn staat af van vluchtelingen die destijds de Armeense genocide hebben meegemaakt. De trauma’s uit die tijd werden volgens hem herbeleefd tijdens de recente oorlog tussen Armenië en Azerbaijan, waarbij Turkije ook betrokken was. “Het is belangrijk voor hen dat zij weten dat hun fondsen niet worden geïnvesteerd in hetzelfde land dat nog altijd een bedreiging vormt voor hun families in Armenië. Dit is een goede kans om een meer pragmatische benadering van desinvesteringen en zendt tevens een duidelijk signaal uit richting Turkije.”
Californië heeft in het verleden eerder investeringen vanuit landen waar mensenrechten worden geschonden stopgezet. In Zuid-Afrika in 1986 en in Soedan in 2008 werd dit ook gedaan nadat er in deze landen grootschalige schendingen van mensenrechten werden geconstateerd. Reeds in 2017 heeft de Universiteit van Californië Turkse investeringen teniet gedaan. Deze actie schiep een precedent voor de huidige nieuwe wet. De nieuwe wet, SB 457, is een voorstel van Senator Portantino.