VTM-presentatrice Julie Van den Steen haalde deze week het nieuws. Ze verontschuldigde zich voor de wandaden van haar koloniale grootvader. Ze verontschuldigde zich er ook voor dat ze haar opa eerder in een televisieprogramma “een hele lieve, beschermende man” had genoemd.
De presentatrice was in februari verschenen in het programma “Later als ik groot ben”. Daarin ging het ook heel even over haar opa, Gerard Soete. Van den Steen scheen niet te weten dat Soete in 1999 het nieuws had gehaald, toen een studie verscheen over de dood van de zwarte politicus Patrice Lumumba. En blijkt dat toenmalig rijkswachter Soete achteraf heeft geholpen met het opruimen van het lijk, wat hij niet ontkende.

Op sociale media begon een hetze tegen de presentatrice. “Krijg kanker”, “Jij zou beter dood zijn” en “We komen je opzoeken”, kreeg de jonge vrouw met de ongepast goede herinneringen aan haar opa te horen. Haar gebrek aan veroordeling van haar opa kreeg ook, godbetert, kritiek van een politica van de PVDA, de partij die nog steeds “weigert de historische balans van Stalin op te maken”. VTM schrapte onmiddellijk het bewuste fragment.
“Als witte vrouw met al mijn privilegies”
In een verklaring op Instagram ging Van den Steen door het stof: “Mijn oprechte excuses voor iedereen die zich hierdoor gekwetst voelde. Ik kan mij niet voorstellen hoe dit voor jullie gevoeld moet hebben en nog altijd voelt”, schreef ze. Daarna ging ze voluit woke: “Voor zover ik, als witte vrouw met al mijn privileges, dat kan vatten. Maar dat wil ik écht wel. En daar wil ik absoluut aan werken. En luisteren naar jullie. En vooral naar de Belgisch-Congolese gemeenschap om daarover bij te leren.”
De demonstratie van zelfvernedering eindigde met: “Ik wil mij niet verstoppen achter ‘de erfzonde is iets waar ik niets aan kan doen’ en neem verantwoordelijkheid voor het verdriet en de woede die jullie voelden (en nog steeds voelen) na het zien van de passage. Ik verwacht niet dat jullie me nu plots allemaal heel leuk gaan vinden of dat ik de pijn hierdoor kan wegnemen. Maar het is voor mij wel een begin.”
Wat we moeten vinden van wat rijkswachter Soete 60 jaar geleden heeft gedaan, is vandaag een moeilijk en waarschijnlijk nutteloos debat. Niets in dat verhaal maakt het alvast onmogelijk dat hij wel degelijk de “hele lieve en beschermende opa” was die Julie Van den Steen zich herinnert. Indien hij in 1961 reguliere misdaden had begaan, zou zich vandaag niemand storen aan wat ze over haar opa zegt. Het is alleen de context van de kolonisatie en het idee van de grote blanke schuld die het ongepast maken om openlijk affectie te vertonen voor deze welbepaalde opa.
Dat is ook de reden waarom Van den Steen zich verplicht zag tot de gênante vertoning van kruiperigheid tegenover degenen die haar aan het uitschelden en bedreigen waren. De verloochening van haar opa (en zichzelf) hielp trouwens niet. “We komen je opzoeken” bleek meer dan een loze dreiging. Van den Steen werd vorige week tijdens een wandeling aangevallen door een man die een vloeistof, mogelijk een zuur, naar haar gooide. Ze bleef ongedeerd.
Er wordt vermoed dat de aanval te maken had met haar vriendelijke woorden over haar foute opa, maar dat staat nog niet vast. Wel zeker is dat verontschuldigingen niet helpen wanneer de grote blanke schuld in het geding is. Vergeving en redelijkheid zijn geen deugden in de kerk van woke. De slimmere inquisiteurs zien de excuses trouwens als wat ze zijn: ongemeend en opportunistisch.
‘Culturele diefstal’

Deze week werd ook zanger Justin Bieber opgeroepen om zich te verontschuldigen, omdat hij ‘dreadlocks’ (de ongekamde vlechten der rastafari’s) in zijn haar had laten leggen. Een blanke die een zwarte haarstijl overneemt, doet tegenwoordig immers aan ‘culturele diefstal’. De tijden veranderen. Ooit werd een blanke met een rastakapsel beschouwd als een idioot. Daarna werd hij een toonbeeld van ruimdenkendheid en multiculturele verrijking. En vandaag is hij een racistische cultuurdief. Ik beken dat ik steeds de eerste opinie heb gehuldigd.
Enkele weken geleden was het Cher, de zangeres die meerdere plastische chirurgen al decennialang een vast inkomen bezorgt, die haar grotendeels synthetisch lichaam door het stof moest wentelen. Ze had op Twitter gezegd dat ze zich schuldig voelt dat ze niet aanwezig was bij de dood van George Floyd, omdat ze dan had kunnen ingrijpen. De zielige poging tot deugdvertoon mislukte. Haar account werd onmiddellijk bedolven onder hatelijke reacties waarin de zangeres beschuldigd werd aan het ‘blanke-redder-syndroom’ te lijden, wat blijkbaar ook een vreselijk racistische aandoening is. Cher postte daarna een uitgebreide reeks aan verontschuldigingen voor haar blanke voorrechten en misvattingen.
In dat soort disputen kan je als blanke niet winnen. Dat ontdekte ook comédienne Maria Bamford, die haar solidariteit met illegale immigranten wilde betuigen via de tweet: “We zijn allemaal immigranten!” Arme Maria was de Indianen vergeten, die helemaal geen immigranten zijn. Het vervolg van heisa en snotterende zelfbeschuldiging kan je raden.

Een voordracht voor de prijs van de “meest belachelijke verontschuldiging van 2021” mag ook naar Hank Azaria gaan, de stemvertolker van de Indische winkelier in de Simpsons. Hij excuseerde zich ten aanzien van alle Amerikanen van Indische afkomst voor zijn stereotype vertolking van winkelier Apu. Voorlopig krijgen we geen verontschuldigingen voor de stereotype verschijningen in die serie van de Italiaanse maffiabaas, het pensenvretende en lederhosendragende Duitse jongetje, de geldbeluste Joodse clown, de roodharige Schotse idioot die klusjesman is op school of de corrupte burgemeester die model staat voor de Ierse politieke kaste van Boston.
Middenvinger
John Cleese, de briljante humorist uit vrijere tijden, reageerde op Azaria door zich te verontschuldigen voor alle grappen die Monty Python ooit heeft gemaakt over blanke Engelsen. Een woke-militant had, typisch voor de bedreigde zin voor humor in het Westen, de ironie niet begrepen en bedankte hem: “Moppen over gevoelige onderwerpen zijn inderdaad onnodig.” Cleese antwoordde: “Eigenlijk zijn alle grappen onnodig. Maar aan sommige mensen verschaffen ze plezier. Doch alleen als ze zin voor humor hebben.”
Cleese is dapper, maar zijn carrière is toch voorbij, kan je denken. JK Rowling, de schrijfster van de saga van Harry Potter, is wel nog zeer actief en toont ook dat moed meer loont dan snikkende excuses. Zij werd midden vorig jaar beschuldigd van transfobie, omdat ze, vanuit haar feministische overtuiging, mannen die een geslachtsverandering ondergaan niet als vrouwen beschouwt. Ze werd het slachtoffer van een niet-aflatende hetze. Nog deze week schrapte een literair festival in Nieuw-Zeeland om die reden een evenement rond het thema Harry Potter. Rowling, die nochtans duidelijk links is, blijft bij haar opinie en weigert zelfs maar de minste verontschuldiging uit te brengen.
Het boeken kopende publiek toonde sindsdien hoe weinig draagvlak de politiek correcte fanatici hebben. Rowlings detectiveverhaal “Kwaad Bloed” (schrijversnaam is Robert Galbraith, maar iedereen weet dat dit Rowling is) werd in september het bestverkopende boek in het Verenigd Koninkrijk. En oktober werd een recordmaand voor de Harry Potter-reeks.
Julie Van den Steen heeft het recht goede herinneringen aan haar lieve opa te hebben. Het was niet haar taak hem te verdedigen, maar ze hoefde ook niet mee te gaan in zijn verguizing. En haar kruiperige zelfbeschuldiging was ronduit zielig. Van den Steen zou meer sympathie en respect gekregen hebben als ze haar middenvinger had opgestoken naar de haatbrigade.
