Vlaams Belang viert 1 mei in Mechelen: “Tijd voor vrijheid”

Het Vlaams Belang heeft vandaag zijn jaarlijkse 1 mei-viering gehouden in Mechelen. De coronacrisis en het verzet tegen de “verstikkende coronaregels” stonden daarbij centraal. Voorzitter Tom Van Grieken schoof ook een oplossing naar voren inzake het afgesprongen loonoverleg. “Niet het brutoloon, maar het nettoloon moet omhoog”, klonk het.

“Vrijheid is geen gunst die wordt geschonken door deze paars-groene regering, maar een basisrecht van elke Vlaming”, stak Tom Van Grieken van wal. “En het Vlaams Belang eist de vrijheid terug”, want, zo redeneerde de voorzitter, “als elke risicogroep gevaccineerd is, is het dan niet logisch dat er versoepelingen volgen? Het merendeel 65+’ers en mensen met onderliggende ziektes zijn gevaccineerd. Waar wachten we nog op?”

“En wat wij willen, kan perfect veilig”, vervolgde Van Grieken. “Er was namelijk geen wetenschappelijke basis voor de avondklok, voor het sluiten of beperken van de winkels, van de contactberoepen en zelfs niet van de horeca. En er is nu ook geen basis voor verder inperken van openluchtactiviteiten, geen basis om de horeca op slot te doen om 22u00, noch een basis om mensen met slechts vier aan een terrastafel toe te laten, terwijl ze met tien in het park kunnen zitten.”

Verder had Van Grieken ook aandacht voor de economische gevolgen van de coronacrisis. “Want wie gaat deze oneindige en ultradure lockdown betalen?”, klonk het. “Wie is de motor van dit land? Wie betaalt de meeste belastingen? Wie is de melkkoe van deze paars-groene regering? Dat zijn de hardwerkende Vlamingen. Zij mogen niet de dupe worden van dit falende coronabeleid. Dat gaan wij niet toelaten.”

Hoger nettoloon

“Vrijheid betekent voor het Vlaams Belang ook de vrijheid om te ondernemen én te werken”, besloot Van Grieken. “Want nu kan dit geenszins. We vergeten te snel de kleine winkels, kmo’s, horecazaken … én hun personeel die nu zwarte sneeuw zien. De staat moet stoppen zowel werkgever als werknemer te verstikken en hen net dringend de nodige zuurstof toedienen.”

De partijvoorzitter schoof tevens een oplossing voor het afgesprongen loonoverleg naar voren. “Niet het brutoloon, maar het nettoloon moet omhoog. Niet de werkgever of werknemer moet inleveren, maar de staat.”

Concreet wil de partij de belastingvrije som optrekken met 2.500 euro op jaarbasis – van circa 9.000 euro naar 11.500 euro. Dat komt overeen met het leefloon voor een alleenstaande. Door de maatregel zou elke voltijds werkende persoon 625 euro extra netto-inkomsten ontvangen. De kostprijs hiervan bedraagt naar schatting 1,75 miljard euro. Daarom wil de partij besparen op de transfers, migratie en het politiek systeem. “De sociale zekerheid afschermen van vreemdelingen en besparen op het politiek systeem alleen al leveren respectievelijk 1,1 miljard en 540 miljoen op.”