Duizenden zwarte punten op zee, op het strand rijden pantservoertuigen van de Guardia Civil rond. Ceuta, de Spaanse enclave op de noordelijke kusten van Marokko, is het toneel van massale migratie. Meer dan 8.000 migranten zagen ze er enkele weken geleden en slechts een deel krijgt men teruggestuurd. Ook in Melilla, een andere Spaanse enclave, waagt men zijn kans.
Pedro Sanchez, de sociaaldemocratische Spaanse regeringsleider, verzekerde de Spaanse burgers dat “de territoriale integriteit van Spanje en zijn grenzen (…) verdedigd zullen worden door de Spaanse regering”. Maar als de EU er al niet in slaagt de Italiaanse kusten te beschermen, dan vallen deze garanties van het Spaanse staatshoofd toch eerder mager uit.
“Een invasie”
Men stelt zich vragen. Hoe kan het dat duizenden Marokkanen de grenzen oversteken zonder dat de Marokkaanse politie tussenkomt? Men zou het zelfs als ‘statement’ van de Marokkaanse regering kunnen zien. De regeringsleider van Ceuta, Juan Jesus Vivas, windt er alvast geen doekjes meer om: “Onze stad ondergaat momenteel een invasie. Het zou een vergissing zijn het vraagstuk gewoon als een migratieprobleem te beschouwen”. Wellicht speelt iets anders…
Centenkwestie
We citeren uit een uitzending op France Inter. “Rabat heeft gezien hoe in 2016 Turkije 6 miljard euro van de EU heeft losgepeuterd om de massamigratie te stoppen. Zelfs Libië kreeg in 2015 geld toegestopt, meer dan 350 miljoen euro. Marokko kreeg niets”. En verder: “Het tegenhouden van migranten heeft de Marokkaanse regering 3,5 miljard euro in 5 jaar tijd gekost. Europa doneerde 140 miljoen euro en Spanje gaf daar bovenop een schamele 30 miljoen euro.” Wellicht zal men stevig in zijn buidel moeten tasten alvorens de Marokkaanse politie in actie schiet.