Er wordt al jaren beweerd dat als een Belgische prins zoals Gabriël of Emmanuel met een dochter van de Nederlandse koning – Amalia, Alexia of Ariane – zou willen trouwen, dat dan niet kan. Maar is dat wel zo? De discussie gaat over decreet nummer 5 van 24 november 1830 betreffende de eeuwige uitsluiting van de familie Oranje-Nassau van enige macht in België. Meer staat er ook niet in dat decreet, ook niet over huwelijken tussen Coburgs en Oranjes.
De bepaling houdt volgens anderen dan weer in dat de kinderen van Filip en Mathilde hun rechten op de troon verliezen indien ze huwen met kinderen van Willem-Alexander en Maxima. Ook die ruime interpretatie wordt niet door iedereen gevolgd. Maar zelfs dan mag Gabriël huwen met Amalia. Hij kan enkel niet meer op de Belgische troon komen.
Dat decreet is in elk geval een Belgische legislatieve akte die de mogelijkheid van het bekleden van een openbaar ambt in België door een lid van het Nederlandse koningshuis, namelijk de familie Oranje-Nassau, verbiedt. Het is een van de teksten in België, aangenomen door het Nationaal Congres op 24 november 1830, die grondwettelijke kracht zou hebben. Want zelfs hierover is niet iedereen het eens.
“Geen grondwettelijke waarde”
Het decreet zou dus enkel via een herziening van de grondwet afgeschaft kunnen worden. Daar is Bart Tommelein het echter niet mee eens. Het gaat volgens hem eerder om een politieke verklaring in de context van de revolutiedagen van 1830. “Er kan dan ook geen enkele grondwettelijke waarde aan gegeven worden’”, meent de Open Vld’er.
Academicus Gohar Karapetia geeft Tommelein impliciet gelijk in een artikel: “Nog voor het uitvoeren van de genoemde opdrachten heeft het Nationaal Congres enkele decreten uitgevaardigd, zoals het decreet van 18 november 1830 betreffende de onafhankelijkheid van het Belgische volk, het decreet van 22 november 1830 over de regeringsvorm van België en het hier centraal staande decreet van 24 november 1830 betreffende de eeuwige uitsluiting van de familie Oranje-Nassau van enige macht in België. Deze decreten gingen vooraf aan de totstandkoming van de Grondwet, aangezien de plechtige afkondiging van de Grondwet door het Nationaal Congres geschiedde (wederom bij decreet) op 11 februari 1831.”
Tot 1860 werd bij plechtige eedafleggingen – zelfs op gemeentelijk niveau door schepenen en burgemeesters – herinnerd aan dit decreet. In dat jaar werd die vermelding afgeschaft.
Terugkeer Huis of Oranje beletten
Ondertussen hebben de klassieke media er een huwelijksverbod voor Amalia en Gabriël van gemaakt. “Deze wet verbiedt prinsen en prinsessen van het Belgische en het Nederlandse vorstenhuis dus ten strengste met elkaar te trouwen”, zo lezen we geregeld.
Het decreet heeft het echter helemaal niet over een huwelijksverbod, maar enkel over het bekleden van een openbaar ambt in België. Als Gabriël naar Nederland trekt en daar de echtgenoot wordt van Amalia, is er geen probleem. Omgekeerd mag Amalia afstand doen van de Nederlandse troon en naar België komen. Op voorwaarde dat ze geen macht heeft of gezag uitoefent, is er opnieuw geen probleem. Het decreet was enkel bedoeld om te beletten dat een Oranje opnieuw op de Belgische troon zou komen.
De tekst, ingediend door Constantin Rodenbach, stelt in de Nederlandse (officieuze) versie: “Den volksraed verklaert dat de leden van het stamhuys van Oranje-Nassau voor altyd uyt alle magt of gezag in België uitgesloten zyn.”
België had zich op 4 oktober 1830 onafhankelijk verklaard van het Koninkrijk der Nederlanden en moest een keuze maken over de aan te nemen staatsvorm. Hoewel de Belgische Revolutie voornamelijk werd gedreven door republikeinen, besefte men dat enkel een monarchie kans had op aanvaarding door de mogendheden. Het Nationaal Congres was bereid in die richting te gaan, maar wilde elke poging tot terugkeer van koning Willem I der Nederlanden of het herstel van het Huis of Oranje beletten. Het wilde ook de in het Zuiden nog prominente orangisten de wind uit de zeilen te nemen.
Voorstellen tot herziening verworpen
Het decreet staat wel op gespannen voet met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, met name met het verbod op discriminatie. Ook inzake verenigbaarheid met het vrij verkeer zijn er vraagtekens. In het Verenigd Koninkrijk is om een gelijkaardige reden in 2013 een einde gemaakt aan het eeuwenoude verbod voor troonsopvolgers die met een rooms-katholiek gehuwd waren om de Engelse troon te bestijgen. Dit verbod was ingevoerd door de Act of Settlement (1701).
In het Belgisch parlement zijn herhaaldelijk voorstellen ingediend om het decreet voor herziening vatbaar te verklaren, als eerste stap naar een opheffing. Het decreet heeft volgens sommigen een grondwettelijk statuut en kan daarom niet worden gewijzigd of opgeheven zonder herzieningsverklaring door het uitgaande parlement.
De voorstellen in deze zin kwamen vaak van Vlaams-nationalistische politici, gaande van Vlaams Belangers als Luk Van Nieuwenhuysen, Alexandra Colen, Frank Creyelman, Wim Verreycken, Yves Buysse en Filip Dewinter, tot N-VA’ers als Karl Vanlouwe of CD&V’ers als Luc Van den Brande. Ook Open Vld’er Bart Tommelein deed een poging. Telkens werden de voorstellen verworpen.