Een hek wordt altijd geplaatst om een reden, meestal om iets binnen of buiten te houden. Wie een hek tegenkomt dat zijn pad verspert, weet vaak niet waarom het daar is geplaatst en zal geneigd zijn het te openen of verwijderen. Dat is niet verstandig, waarschuwde G.K. Chesterton.
De Britse schrijver gebruikte het hek als symbool voor tradities, oude wetten en instellingen. Hij maande overijverige hervormers aan om eerst proberen te begrijpen waarom die zo lang hebben bestaan vooraleer ze die proberen af te schaffen.
Het ‘hek van Chesterton’ klaagt eigenlijk de generatie-hoogmoed aan. Elke generatie heeft namelijk de neiging om de opvattingen van hun voorouders als achterlijk te beschouwen. In zijn vertaling van een liedje van Bob Dylan (‘The Times They Are a-Changin’) drukte Boudewijn De Groot de minachting uit die de ’68-ers voelden voor de regels van hun ouders: “Kom vaders en moeders, kom hier en hoor toe. Wij zijn jullie praatjes en wetten zo moe. Je zoons en je dochters die haten gezag, je moraal die verveelt ons al tijden. En vlieg op als de wereld van nu je niet mag, want er komen andere tijden.” De ’68-ers waren fanatiek in het verwijderen van elk hek dat ze tegenkwamen, maar de huidige generatie is niet veel beter.
De politiek heeft zelden een boodschap aan Chesterton
De Franse Revolutie was een extreem voorbeeld van onnadenkend afschaffingsbeleid. De meeste hervormingen werden later weer ongedaan gemaakt. Het communisme mislukte in zijn poging om eigendom af te schaffen en slaagde er niet in de menselijke aard te veranderen. De EU is een poging – die steeds duidelijker mislukt – om de natiestaat uit te schakelen omdat men niet meer snapt waarom die ontstond en hoe belangrijk die is voor de werking van een democratie en voor doelmatig beleid.
Er zijn helaas ook genoeg binnenlandse voorbeelden die de wijsheid van Chestertons raad aantonen. Hoe meer men het onderwijs hervormt, hoe slechter de resultaten. Hoe meer criminologen en politici sleutelen aan politie, gerecht en de strafwet, hoe groter de straffeloosheid. Hoe meer de huidige beleidsmakers tornen aan het energiebeleid, hoe duurder de energie wordt en hoe kleiner de zekerheid van aanvoer.