Freddy De Kerpel aan vooravond Gents Boksgala: "Boksen in Vlaanderen leeft meer dan ooit"

Bokslegende Freddy De Kerpel. Photo News

Uncategorized

Freddy De Kerpel aan vooravond Gents Boksgala: “Boksen in Vlaanderen leeft meer dan ooit”

Van de redactie

Vanavond is het in Gent boksen geblazen. Met PAL NWS treden we uit onze comfortzone en trekken we naar de Gentse Watersportbaan om verslag uit te brengen van de 27ste editie van het grootste boksgala in Vlaanderen. Het leek ons niet meer dan logisch om met Freddy De Kerpel (73), een bokslegende uit de streek, vooruit te blikken op de aankomende wedstrijden en het uitgebreid te hebben over de huidige toestand van het Belgische boksen, de bokssterren van morgen en de veranderende bokscultuur.

Goedemiddag, Freddy! Wat mogen we vanavond verwachten?

“Veel. Ik verwacht een zeer aangename avond met genoeg spektakel. Ik houd rekening met enkele wedstrijden op het scherpst van de snee. Het Belgisch kampioenschap tussen Boucetta en Eloundou wordt volgens mij een interessant, gelijkopgaand duel. Idem voor de match tussen Geoffry Van Steenberghen en Jonathan Bila Munga. Dat zijn twee gasten die beide komen om te winnen. Over de duels met de Bosniërs (Dekeyzer-Fejzovic en Ingelrest-Cehic, red.) valt weinig te zeggen. Zulke mannen kunnen alleen maar verrassen.”

Lopen er vanavond nieuwe De Kerpels, Abdouls of Bauwensen rond?

“Ik denk dan aan één iemand: Lee Ingelrest. Die heeft het wel in zijn mars om zo’n meeting te dragen. Die jongen wordt thuis goed omringd (de vader van Lee is voormalig bokser Tom Ingelrest, red.) dus ik ben zeer benieuwd hoe die nog evolueert.”

Schat u de toekomst van het Belgische boksen rooskleurig in? Is het een levendige sport?

“Het boksen is heel levendig. Mijn inbox puilt bijvoorbeeld uit van de aanvragen van zogenaamde witteboordenboksers, recreatieve boksers, die de kunst van het boksen van mij willen leren. Dus volgens mij leeft het zeker. Ik durf zelfs te zeggen dat het meer leeft dan ooit. Ik heb drie weken geleden nog commentaar gegeven bij de wedstrijd tussen Dillian Whyte en Tyson Fury op VTM en de kijcijfers liegen er niet om. Boksen leeft in Vlaanderen.”

Ze zeggen soms dat het niveau in België stagneert en dat de rest beter wordt. Kan u zich daarin vinden?

“Het blijft natuurlijk jammer wanneer grote talenten zoals Bilal Laggoune door bijvoorbeeld een gebrek aan motivatie niet doorbreken. Ook van Amine Boucetta had ik veel verwacht, maar dan zie ik bijvoorbeeld deze week op Instagram dat hij vecht tegen de kilo’s. Het is altijd jammer om te zien dat zulke jongens het niet helemaal kunnen waarmaken. Boksen is een enorm eenzame sport. Je moet iemand aan je zij hebben die in je gelooft en je dagelijks motiveert. Als je in boksen beslist om in plaats van 100 procent aan 90 procent te trainen, mag je het eigenlijk al vergeten. Boksen is een veeleisende sport, het is 10 procent talent en de rest is keihard werken.”

Is het geen idee om met al uw ervaring zulke jongens op het rechte pad te houden?

“Vroeger heb ik nog vaak professionele boksers getraind en de jongens die toen niet voor 100 procent trainden, verloren al snel mijn interesse. De eerste was zoals u misschien weet Marc Renard. In twee jaar tijd heb ik van die nobele onbekende een Europese kampioen gemaakt. En dat in de tijd dat de Europese titel nog iets betekende.”

Dat is inderdaad kritiek die je wel vaker hoort. Er zouden tegenwoordig te veel titels zijn.

“De mensen geraken er gewoonweg niet meer aan uit. Niemand, zelfs ik niet. Er zijn daar gasten die zichzelf wereldkampioen noemen maar eigenlijk gewoon derdeklassers zijn. Het is niet aan mij om dat te veranderen. Ik kan dat alleen maar vaststellen. Ik wil niet te pessimistisch klinken maar zulke zaken maken de bokssport kapot. Als je ieder jaar 17 keer de Tour de France organiseert, kan je niet verwachten dat iemand die titel nog serieus neemt. Ik zeg dat niet alleen. De meeste gespecialiseerde boksbladen zijn zelfs gestopt met titels te benoemen. Ze maken hun eigen klassementen en bepalen zelf wie de kampioen is.”

U zegt vaak dat u “dingen doet die niemand anders doet”. Binnen een jaar wordt u 75. Is het geen idee om dan nog eens in de ring te gaan staan en nu wel dat wereldrecord te pakken van oudste bokser? (De Kerpel greep in 2018 naast die titel omdat toenmalig tegenstander Ismail Abdoul om principiële redenen niet wou dat die match als een officiële boksmatch gold. Hij had 99 professionele kampen achter zijn naam staan en wou dit getal behouden, red.)

(Lacht) “Ik heb dat één keer met veel succes gedaan, maar ik vind dat we daar nu ook niet in moeten overdrijven. Je kan zoiets maar één keer doen in je carrière. Het is zeker niet van niet kunnen hoor. Ik heb nog steeds dezelfde conditie en hetzelfde uitzicht als toen. Ik heb zelfs nog hetzelfde gewicht als toen ik 19 was. Maar iets in mij zegt dat je zoiets maar één keer kunt doen. Ook van die stunts om met YouTubers te vechten à la Floyd Mayweather vind ik gewoonweg belachelijk. Als ik vandaag beslis om met Tom Waes in de ring te duiken, zal de zaal ook snel uitverkocht zijn. Maar zoiets zou ik niet kunnen. Het moet een beetje serieus blijven.”

Ik heb het gevoel dat zo’n record weinig met een Freddy De Kerpel doet.

“Het is uiteindelijk gebeurd, hé. Of het nu een exhibitiewedstrijd was of ‘voor echt’, vind ik niet zo belangrijk. Belangrijker voor mij is dat het een succes was, dat de zaal vol zat en dat iedereen het naar zijn zin had. Natuurlijk zou zoiets uitzonderlijk zijn op je palmares, maar voor mij primeerde het moment zelf. Dat was al uitzonderlijk op zichzelf.”

Hieronder het veelbesproken duel tussen Freddy De Kerpel en Ismail Abdoul.

PAL Nieuwsbrief

schrijf je gratis in

Blijf op de hoogte met onze dagelijkse nieuwsbrief




Plaats een reactie

Delen