Schotse regering legt onafhankelijkheid opnieuw op tafel

De Schotse eerste minister, Nicola Sturgeon, deed dinsdag nieuwe plannen uit te doeken die volgens haar de zaak voor Schotse onafhankelijkheid hernieuwen. Aan de pers vertelde ze dat haar regering een onbetwistbaar mandaat heeft voor een tweede referendum over onafhankelijkheid.

Sturgeon wijst er bovendien op dat sinds mei vorig jaar er een duidelijke meerderheid van verkozenen is in het Schots parlement die voor onafhankelijkheid is. Die meerderheid wil het volk dan ook opnieuw de mogelijkheid geven om daarvoor te kiezen via een referendum. Daarom werkte de regering aan een nieuwe reeks papers, “Building a new Schotland”, die het debat zouden moeten ondersteunen.

In die papers analyseerde de Schotse overheid de prestaties van het Verenigd Konikrijk op een hele reeks thema’s. Sturgeon wijst erop dat onafhankelijkheid op zich geen garantie voor succes is. “Voor Schotland zal het streven naar een welvarender, rechtvaardiger en succesvoller land afhangen van de democratische beslissingen die na de onafhankelijkheid worden genomen en van het goede beheer van de gekozen regeringen.” In een onafhankelijk Schotland zal het volk zelf kunnen beslissen, zo onderstreept de eerste minister. Het zal niet meer geconfronteerd worden met keuzes uit Engeland waar men in Schotland niet achterstaat.

De overheid zal een heel reeks van papers publiceren in de komende maanden. De eerste paper keek naar de huidige situatie en stelt zich de vraag of Schotland nu beter af is. De conclusie is dat dat niet zo is. “Onafhankelijke landen met de grootte van Schotland doen onmiskenbaar beter.” Het maakt de vergelijking tussen 10 landen. België is daar trouwens één van.

Reacties

Niet iedereen is gelukkig met de nieuwe poging tot Schotse onafhankelijkheid. Boris Johnson zei dat het resultaat van het referendum in 2014 moet gerespecteerd worden. Toen stemde 55,3 procent van de bevolking tegen onafhankelijkheid. 44,7 procent was voor.

De oppositie in Schotland spreekt dan weer van een afleiding. “Dit debat is het laatste wat Schotland nu nodig heeft“, liet Alexander Stewart optekenen. Stewart, die in het parlement zetelt voor de unionistische conservatieve partij zei: “Nicola Sturgeon zou zich volledig moeten richten op het helpen van mensen door deze moeilijke periode, in plaats van waardevolle overheidsmiddelen en enorme sommen overheidsgeld te besteden aan de egoïstische en bekrompen obsessie van de SNP.”

Sarah Boyack van de socialisten klinkt min of meer hetzelfde. Ook zij had het over de “obsessie” van de SNP. “We zouden nu moeten samenwerken om de crisis rond de kosten van levensonderhoud aan te pakken. Maar in plaats daarvan wil de SNP-Groene regering ons uit elkaar scheuren. In plaats van ons welvarender, gelukkiger en eerlijker te maken, zetten de SNP en de Groenen onze toekomst op het spel met plannen die Brexit op een makkie doen lijken.”

Juridische bezwaren

Sturgeon zei dat het parlement een duidelijk mandaat heeft, maar gaf toe dat er juridische uitdagingen zijn. Zo heeft het Schots parlement niet de bevoegdheid om zo’n referendum te organiseren. Er is een toestemming vanuit Westminster nodig. Vorige keer kwam die toestemming er, maar het is nog onduidelijk of dat deze keer ook het geval zal zijn.