Een eeuw geleden, op 22 augustus 1922 om precies te zijn, stierf Michael Collins een eenzame dood op een godvergeten weg in de buurt van Béal na mBláth, een al even godvergeten gat in het zuidwesten van Ierland. Zijn tragische dood werd met even veel mythes omhangen als zijn korte, maar intrigerende leven. Zijn zon, die héél even, maar wél oogverblindend had gebrand, was met één – wellicht verdwaalde – kogel uitgedoofd, maar zijn schaduw hangt nog steeds boven het Groene Eiland. De herinneringen aan hem zijn nooit weggezakt in het mulle zand van de geschiedenis. Integendeel, zijn leven vormt tot op de dag van vandaag, en overigens meer dan terecht, een ijkpunt in de moderne Ierse historiografie, want weinigen hebben zo hun stempel gedrukt op de recente geschiedenis van de Ierse natie dan Michael Collins.
Opgegroeid in een kroostrijk gezin met Iers-nationalistische wortels trok hij op zijn 15e naar Londen om er zijn geluk te beproeven als bediende bij de Britse Postspaarbank. Zijn echte interesse lag echter bij sport en de Ierse taal en cultuur. Via organisaties als de Gaelic Athletic Association belandde hij uiteindelijk als 19-jarige bij de Irish Republican Brotherhood. Dat is dezelfde door de regering buiten de wet gestelde organisatie waarvan zijn vader ooit nog lid was geweest, die desnoods met geweld de Britten uit Ierland wou verdrijven. Toen Michael Collins in het vroege voorjaar van 1916 terugkeerde naar Ierland, was het dan ook niet verwonderlijk dat hij meteen de rangen vervoegde van de paramilitaire Irish Volunteers en deelnam aan de Paasopstand in Dublin. Hij werd gevangengenomen door het Britse leger en verbleef tot aan zijn vrijlating op het einde van 1916 in het interneringskamp van Frongoch in Wales, waar hij zich intensief bezighield met het uitbouwen van het Iers Republikeins Leger (IRA).
Geboren leidersfiguur
In het vacuüm dat was ontstaan door de executies van de belangrijkste Ierse republikeinse leiders, ontpopte de jonge Collins zich al snel als een geboren leidersfiguur. Hij klom dankzij zijn organisatietalent razendsnel op in de gelederen van het IRA en Sinn Féin en speelde een belangrijke rol bij het tot stand komen van het ‘nieuwe’ Sinn Féin in 1917. Hij zat in de partijleiding, smeedde allianties, maakte er vrienden én vijanden, en was verantwoordelijk voor zowel nederlagen als successen.
Op het einde van 1918 kreeg hij een mandaat als ‘minister van Financiën’ in de Eerste Dáil, het door Londen illegaal verklaarde Ierse parlement, en zat hij op de eerste rij toen diezelfde Dáil op 21 januari 1919 bijeenkwam en de onafhankelijkheid van de Ierse Republiek uitriep. In de daaropvolgende onafhankelijkheidsoorlog was hij directeur van de organisatie en adjudant-generaal voor het IRA. Een functie die hij met verve combineerde met de job van directeur van de inlichtingendienst van het Ierse Republikeinse leger.
Collins wist de zwakheid van zijn eigen troepen en bewapening meesterlijk te verbergen met een flinke portie bluf en erg gewaagde, succesvolle operaties
Intelligente tacticus
Collins was geen heilig boontje, verre van. Hij lustte een stevige borrel en hield van de vrouwen. Hij bruiste van ontembare levenslust, maar was vooral en op de eerste plaats een berekenende en erg intelligente tacticus. Deze wonderlijke mix van branie en intelligentie maakte van hem een bevelhebber die precies wist waar en wanneer hij moest toeslaan. Collins wist de zwakheid van zijn eigen troepen en bewapening meesterlijk te verbergen met een flinke portie bluf en erg gewaagde en vooral succesvolle operaties.
Eén van zijn meest opvallende acties was het liquideren van niet minder dan 14 Britse geheime agenten op zondag 21 november 1920. Amper een paar uur later sloegen de ‘Black & Tans’, de gevreesde Britse hulptroepen, terug door met machinegeweren het vuur te openen op spelers en publiek tijdens een Gaelic Footballwedstrijd in het Croke Parkstadion. Er vielen 14 doden en 68 gewonden…
Onderhandelingen
Na het staakt-het-vuren van juli 1921 was Collins een van de vijf gevolmachtigden die door het Dáil-kabinet onder leiding van Éamon de Valera naar Londen werd gestuurd om te onderhandelen over vredesvoorwaarden. Dat resulteerde in het Anglo-Ierse Verdrag dat werd ondertekend in december 1921. Het legde de basis voor de Ierse Vrijstaat, maar eiste tegelijkertijd een eed van trouw aan de Kroon. De Ierse afgevaardigden – en vooral Collins – accepteerden het verdrag met tegenzin. Ze hoopten dat het een eerste stap zou zijn naar een volledig autonome Ierse Republiek.
In Dublin reageerden velen negatief. Collins overtuigde – met 64 stemmen tegen 57 – een meerderheid in de Dáil om het verdrag te ratificeren. Na de stemming in het parlement stapte de Ierse president Eamon de Valera op en leidde vanaf dan de ‘Irregulars’, degenen die zich tegen het verdrag bleven verzetten. Begin 1922 werd onder het voorzitterschap van Collins een voorlopige regering gevormd, maar die kwam al snel in moeilijk vaarwater door de bloederige Ierse burgeroorlog die tien maanden zou aanslepen en waarin Collins opperbevelhebber van het nagelnieuwe Ierse leger werd.
Dood
In augustus 1922 leek het alsof de Ierse regering het grootste deel van het land terug onder controle had en Collins maakte regelmatig reizen om gebieden te inspecteren die onlangs terug in hun handen waren gevallen. Op 20 augustus vertrok hij met een kleine escorte naar zijn geboortestreek. Een trip die als bijzonder gevaarlijk werd beschouwd en door verschillende van zijn meest vertrouwde medewerkers ten stelligste werd afgeraden. Twee dagen later reed hij de hinderlaag bij Béal na mBláth en zijn dood tegemoet.
Tot op vandaag bestaat er controverse over wie Collins doodde. Er is meteen na zijn dood geen onderzoek geweest en het autopsierapport ging verloren. De meeste historici gaan er nu van uit dat één van de Irregulars de dodelijke kogel heeft afgevuurd, maar er is onenigheid over de identiteit van de schutter en of het schot een toevalstreffer dan wel een ricochet was. Een andere versie zegt dat Collins’ eigen kameraden in het konvooi het dodelijke schot losten, mogelijk als gevolg van het feit dat sommigen hadden gedronken of als onderdeel van een samenzwering door regeringsfiguren om een rivaal te verwijderen. Nog een andere theorie stelt dan weer dat de Britse inlichtingendienst de moord orkestreerde om te voorkomen dat Collins Noord-Ierland, dat onder Britse heerschappij bleef, ondermijnde.
Biopic
Er is overigens ook nog steeds controverse over de vraag of Eamon de Valera – die op dat moment in de buurt was – op de hoogte was geweest van de hinderlaag. In de biopic van Neil Jordan uit 1996, ‘Michael Collins’, werd hij afgeschilderd als medeplichtig, maar of dit ook werkelijk zo was, zal wellicht nooit kunnen worden bewezen.