Vandaag starten in de Kamercommissie Grondwet en Institutionele Vernieuwing een reeks hoorzittingen over onder andere de regeringsvorming in België. En dat is hoognodig: zo ging er tien procent van de laatste vijftig jaar verloren aan regeringsonderhandelingen – gemiddeld 86 dagen formatie na (federale) verkiezingen. Dat valt nog mee, denkt u nu. Maar in de 21e eeuw gingen er al 1.423 dagen verloren aan regeringsvormingen na verkiezingen – formaties na de val van een regering niet meegerekend. De laatste twintig jaar duren formaties na verkiezingen gemiddeld 285 dagen: na elke verkiezing gaat er dus gemiddeld meer dan tweederde van een jaar verloren, en is er gemiddeld tweeënhalve maand per jaar geen regering.
De naoorlogse trend in heel West-Europa is dat regeringsformaties na verkiezingen steeds langer duren. Waar het tot midden de jaren zestig nog gemiddeld minder dan dertig dagen duurt vooraleer een nieuwe regering gevormd is, ligt dat aantal dagen nu al boven de vijftig. Vooral sinds de eeuwwisseling lijkt regeringsvorming steeds moeizamer te verlopen – waarschijnlijk door een wildgroei van partijen en een versnipperd politiek landschap. België volgt die trend niet alleen: enkel in Nederland duren de naoorlogse formatiegesprekken gemiddeld nog langer.
(Lees verder onder de afbeelding.)

Wereldrecord
Sinds België in 2010 internationaal furore maakte door het wereldrecord regeringsonderhandelingen te verbreken – 541 dagen duurde het voor de regering-Di Rupo aan de slag kon – weten we dat het in ons land moeilijk kan zijn om een geschikte coalitie bij elkaar te krijgen. Dat besefte ook de huidige federale regering, mede omdat de regering-De Croo akelig dichtbij het record van Di Rupo kwam. Het duurde immers ook 494 dagen om de Vivaldicoalitie bijeen te krijgen.
Daarom ging de regering-De Croo aan de slag om grondige institutionele hervormingen voor te bereiden. Er werd een Kamercommissie Grondwet en Institutionele Vernieuwing opgestart, waar nu een aantal hoorzittingen plaatsvinden. Zo kwam maandag onder andere Maxime Vandenberghe (UGent) zijn uitleg doen. Hij publiceerde in mei nog een doctoraatsstudie over communautaire conflicten in België en gaf hierover een interview in ‘t Pallieterke. In de Kamercommissie Grondwet en Institutionele Zaken zetelen onder andere Kristof Calvo (Groen), Sander Loones en Peter De Roover (N-VA), Barbara Pas (Vlaams Belang).
(Lees verder onder de afbeelding.)

Naast de oprichting van die Kamercommissie, besloot men bij de regeringsvorming ook om minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (cd&v) te belasten met de bevoegdheid ‘Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing’. Ook David Clarinval (MR) kreeg die bevoegdheid toebedeeld. Samen staken ze de handen uit de mouwen en lanceerden ze een grootschalige burgerbevraging, die de basis moest vormen voor institutionele vernieuwingen. Die bleek echter geen succes.
Lees ook: