Russische oorlogsmisdaden in bevrijde gebieden: gewone burgers gemarteld

Met de bevrijding van het grote gebied in het noordoosten van Oekraïne, in de buurt van Charkov, komen er getuigenissen naar buiten van burgers die leefden onder de Russische bezetting. Opnieuw blijkt dat de Russische bezetting gepaard ging met martelingen en moorden.

Serhi Bolvinov, het hoofd van de politie in de regio Charkov zegt op sociale media dat bij de bezetting van de stad Balaklija de Russen er minstens 40 mensen tegelijk in veel te kleine cellen gevangen hielden. Getuigen geven aan dat ze op diverse manieren zijn gefolterd. De gevangenis bevond zich in de kelders van het lokale politiebureau en diende om met de hulp van collaborateurs mensen op te sporen die dienden of familieleden hadden in het Oekraïens leger.

Bolvinov wil niet te diep ingaan op de folteringen, maar geeft aan dat de ‘makkelijkste manier’ elektrocutie was. Bij de terugtrekking zouden de Russen ook hier meerdere inwoners van de stad hebben doodgeschoten. De politie onderzoekt nu de details van de gebeurtenissen. De Britse nieuwszender BBC trok naar Balaklija en zocht naar getuigenissen.

Iedereen moest het horen

Ze vonden onder meer Artem, die er woont en meer dan 40 dagen is vastgehouden en gemarteld. Ze schakelden daarbij het luidruchtige ventilatiesysteem van het gebouw uit zodat iedereen kon horen wat er gebeurde. Artem werd mishandeld omdat de Russen een foto hadden gevonden van zijn broer in uniform. Een andere man werd 25 dagen vastgehouden omdat hij een Oekraïense vlag had. In de buurt van een Russische controlepost schoten ze twee mannen dood op de laatste dag van de bezetting. Ze vernielden ook nog een school.

Onderzoekers stellen nu vast welke oorlogsmisdaden er precies zijn gebeurd om later eventueel de schuldigen te kunnen berechtigen. Toen Rusland eerder dit jaar terugtrok rond Kiev, bleek dat hun soldaten zich schuldig hadden gemaakt aan mensenrechtenschendingen in Boetsja en Irpin. Minstens 1.300 burgers zouden zijn vermoord in Boetsja alleen al.