In ‘mudel’ loopt de tentoonstelling ‘Dichter bij de Leie’. Het museum gaat op zoek naar de poëzie achter het beeld en het beeld in de poëzie van klassieke en hedendaagse beeldende kunstenaars en schrijvers in de Leiestreek.
Museum van Deinze en de Leiestreek (mudel) heeft een mooie collectie van de ‘Latemse kunstenaarsgroepen’ in huis. Het schilderen in de Leiestreek begon in de tweede helft van de negentiende eeuw. Xavier De Cock schilderde er rond 1860 in de geest van de ‘pleinairisten’ een van de eerste belangrijke werken: ‘Overtocht van het veer op de Leie te Latem’. In 1890 presenteerde Emile Claus zijn monumentale ‘Bietenoogst’. Dit Topstuk van de Vlaamse Gemeenschap is een groot doek en getuigt van het detailrealisme en een monumentaliteit die uniek zijn in het oeuvre van Claus.
Tegelijk was er een uittocht van verschillende kunstenaars uit het steeds meer geïndustrialiseerde Gent. Op het platteland rond de Leie vonden ze de waarachtigheid en de eenvoud van het landelijke leven. De kunstenaars die in verschillende golven naar de Leie trokken behoren tot de canon van de Vlaamse beeldende kunst: Albert Servaes, George Minne, Gustave Van de Woestyne, Valarius De Saedeleer en Albijn Van den Abeele, die tot de eerste groep behoorden, gevolgd door de expressionisten Constant Permeke, Gust en Léon De Smet en Frits Van den Berghe en de derde groep met onder anderen Hubert Malfait en Albert Saverys.
Blijvende inspiratiebron
Nagenoeg alle ‘groten’ zijn present op de tentoonstelling in mudel. Interessant is dat er daarnaast werk van minder bekende kunstenaars te zien is. Een voorbeeld is Evarist De Buck (1892-1974), een schilder van poëtische Leielandschappen, die zich ook inzette voor de Vlaamse strijd. Zijn ‘Leiezicht’ is een mooie impressie van een zonsondergang, met een oranje lucht boven de bochtige rivier met besneeuwde oevers.
Ook voor de daaropvolgende generaties en tot vandaag is de Leie een niet-aflatende inspiratiebron gebleven voor kunstenaars. De opvolging werd telkens verzekerd en daarom toont de expo eveneens werk van moderne en hedendaagse kunstenaars. Zo is er Dirk Castelein die net zoals Emile Claus Astene aan de Leie heeft uitgekozen als plek om te wonen en werken. Zijn ‘Avondrood kruipt in je oor’ (2021), met zachte pastel- en donkere kleuren, is een abstract werk dat toch een landschap oproept.
De periode die in deze tentoonstelling aan bod komt beslaat dus anderhalve eeuw. Ze beweegt van het expressionisme tot de hedendaagse schilder- en beeldhouwkunst.
Combinatie met poëzie
Ook dichter-schrijvers zoals Guido Gezelle, Stijn Streuvels, Cyriel Buysse en Karel Van de Woestyne hebben destijds de Leiestreek ontdekt en hebben navolging gekregen. De gedichten zijn geïnspireerd door de rivier of het zijn beeldgedichten die rechtstreeks verbonden zijn met een bepaald werk of met het oeuvre van een kunstenaar. Mudel brengt die poëzie bij de beeldende kunstwerken. Tijdgenoten worden bij elkaar gebracht of kunstenaars uit diverse periodes gaan relaties aan. De combinaties voegen iets toe aan onze beleving bij het zien van een werk of het lezen van een gedicht. Peter Theunynck (°1960) dicht bij en over Gustave Van de Woestyne:
“Soms wordt een blad niet uitgeschilderd.
Soms vriest de lente dicht
nog voor ze juicht. Soms schreeuwt
het schrale, het onaffe meer.
Soms heeft een schilder minder
streken nodig voor een meesterwerk.”
Tentoonstelling ‘Dichter bij de Leie’, nog t.e.m. 22 januari 2023, mudel, Deinze, www.mudel.be