John Croughs schrijft geëngageerd over alles wat de samenleving vorm geeft. In deze vrije tribune overschouwt hij De Grote Peiling, waaruit volgens hem blijkt dat Vlaanderen links stemt. “Iedereen die verder kijkt dan de neus lang is, merkt op dat rechts na 2024 op geen enkel van de drie ideologische strijdtonelen vooruitgang zal boeken. Laat staan een overwinning”, schetst hij.
Ik las, natuurlijk op Twitter, heel wat euforie over De Grote Peiling van Het Laatste Nieuws en VTM Nieuws waarvan het resultaat afgelopen vrijdag werd bekendgemaakt. Die euforie kwam vooral van rechts. Vlaams Belang kan op één per vier Vlaamse stemmen rekenen, de links-liberale Open Vld zakt onder de tien procent, samen met de al even links-ideologische christendemocraten, en N-VA staat stabiel op de tweede plaats.
Bijziend
Misschien moeten de rechtsgezinde kiezers de krant of tablet eens wat verder van de neus houden om een scherper beeld van de realiteit te krijgen. De simpele optelsom van de resultaten leert ons dat Vlaanderen links stemt. Iedereen die verder kijkt dan de neus lang is, merkt op dat rechts na 2024 op geen enkel van de drie ideologische strijdtonelen vooruitgang zal boeken. Laat staan een overwinning.
De identitaire arena
Vlaanderen denkt en stemt rechts. Dat feit zien we al vele decennia onafgebroken in peilingen en verkiezingen. Maar wat is rechts? Vroeger was dat simpel: het tegenovergestelde van socialisme. Ondertussen is het ideologische speelveld al enige tijd verkaveld en zijn links en rechts geen hanteerbare begrippen meer.
Onze identiteit of breder onze ethische overtuiging is waarschijnlijk de moeder der stemfactoren. Zien we ons eerder als een progressief wereldburger of als een conservatief volkslid? Als een solidaire, empathische gevoelsmens of een ordelijke en zakelijke rationalist?
In deze arena verliest rechts het gevecht volgens de Grote Peiling. De enige ethisch rechts-ideologische partijen, N-VA en Vlaams Belang, halen samen 47,5 procent van de stemmen. Alle andere Vlaamse partijen zijn ethisch links-liberaal en halen samen een meerderheid.
Het economische strijdtoneel
Evenzeer stemt de Vlaming al decennialang sociaal-economisch rechts. Over de arbeidsmarkt, het uitkerings- en subsidiebeleid, de fiscaliteit en de economie denkt de Vlaamse meerderheid eerder zakelijk, realistisch en duurzaam. In tegenstelling tot het beleid dat de Vlaming al decennia moet verduren, is hijzelf van mening dat de rekening moet kloppen. Geen verspilling. Efficiëntie! En vooral geen profitariaat…
In Vlaanderen zijn er weerom slechts twee partijen die deze eigenschappen vertegenwoordigen: N-VA en Open Vld. Deze laatste tussen aanhalingstekens omdat haar programma nogal relatief is in het licht van haar omvangrijke bestuursverleden. Vlaams Belang is in deze materie moeilijk in te schatten, daar de partij zich hier weinig op profileert en wanneer ze dat wel doet, zowel socialistische als kapitalistische standpunten inneemt.
De Grote Peiling is duidelijk: Slechts om en bij de 31 procent van de Vlaamse kiezers kiest voor een efficiënte, moderne, verantwoordelijke en financieel sterke samenleving. 2-0 voor links!
Het nationalistische front
Over dit derde politiek-ideologische thema is de Vlaming nog nooit echt duidelijk geweest. Bij geen enkele verkiezing was het landsbelang een wezenlijke inzet. Hier en daar werd een peiling gehouden waarin de Vlaming liet optekenen niet bijzonder wakker te liggen van de regio waartoe hij of zij behoort en hoe deze moet worden gedefinieerd en vooral afgebakend.
Makkelijkheidshalve, maar intellectueel incorrect, zouden we kunnen stellen dat N-VA, Vlaams Belang en cd&v een Vlaams-nationalistische agenda vertegenwoordigen. Maar de Vlaamse christendemocratie is al lang geen Vlaams-nationalistische partij meer en heeft haar liefde voor België en de Europese Unie reeds lang en luid verkondigd.
Vlaams Belang en N-VA zijn daarentegen duidelijke Vlaamsgezinde partijen die af willen van de Belgische context en meer autonomie willen binnen Europa.
Maar bij het Belang speelt het multiculturele aspect een dermate grote rol in haar communicatie waardoor heel onduidelijk is hoeveel van haar kiezers ook de nationalistische gevoelens van de partij delen. Bij N-VA is de jarenlange anti-socialistische communicatie van de partij voor dezelfde onduidelijkheid verantwoordelijk.
Maar zelfs wanneer we ervan uitgaan dat, indien deze twee partijen hierop inzetten bij de volgende verkiezingen, zij de resultaten van de Grote Peiling waarmaken, behalen ze samen geen 50 procent. En de eindzege gaat met 3-0 naar (belgicistisch) links…
De domme kiezer
Het besluit is dat Vlaanderen dom stemt. Irrationeel, ingegeven door het gevoel van het moment.
Bij deze score zal Vlaanderen gewoon deel blijven van de ondemocratische Belgische structuur waarin twee compleet diverse regio’s éénzelfde portefeuille zonder geld moeten delen.
Vlaanderen zal sociaal-economisch een socialistisch bastion blijven waar profitariaat meer geld verslindt dan er door de overheid opgehaald kan worden bij de hardwerkende Vlaamse burgers. Waar de hoogste belastingen ter wereld recht geven op een gedateerde maatschappij waar Kafka koning is.
Vlaanderen zal op de doorslaande ethisch-progressieve slinger blijven zitten die onze samenleving katapulteert naar een identitaire revolutie geleid door mensen die de geschiedenis willen uitwissen en hun dogmatisch grenzeloos toekomstbeeld willen afdwingen. Een toekomst waar een totalitair idealisme dicteert welke wetenschap, taal en cultuur toegelaten zijn.
Narcisme troef
Datzelfde Vlaanderen is blijkbaar niet vies van zelfingenomen spiegelstaarders die alles vertegenwoordigen waar hun initiële politiek-ideologische achtergrond van zou walgen.
Dat een politieke partijvoorzitter als Conner Rousseau als populairste politicus verkozen raakt bij de Grote Peiling hoeft eigenlijk niet te verwonderen. De hedendaagse jongvolwassenen zijn dan ook egocentrische hedonisten die meer wakker liggen van de online nepwereld dan van hun zieke grootouders of onhandelbare rotkinderen.
Dat iemand als Conner surft op populistische praatjesmakerij heeft tegenwoordig zelfs de gemiddelde conservatief niet door en maakt hem populairder dan Tom Van Grieken. Nochtans ook niet vies van hier en daar wat populisme door de communicatiestrategie te mengen.
De Wevers eindspel
Het einde van Bart De Wever is al een tijdje ingezet. De verkiezingen van 2024 luiden zijn roemloze aftocht in. Hoewel hij het hele politieke veld de afgelopen decennia heeft gedomineerd en beïnvloed, zal hij de geschiedenis ingaan als diegene die mislukte om Vlaanderen te geven wat het al zo lang vroeg en verdiende: een politieke vertaling van de democratische uitslag.
En nochtans is Bart De Wever de enige politicus die een eerlijke en correcte analyse maakt van de huidige toestand en van de toekomstige noodzaak. Pragmatisch, realistisch, rationeel en vooral consequent vasthoudend aan heilige en logische principes die Vlaanderen tot een moderne, veilige en rechtvaardige maatschappij maken.
Ooit zei Mandela dat “als wijzen zwijgen er meer dwazen zullen komen”. Ik vrees hier ook voor wanneer het tijdperk van De Wever voorbij is en de wijste van allemaal komt te zwijgen. Behoede ons voor het tijdperk van een dwaas als Conner Rousseau!