Eén van de vier kernleden van de Cellules Communistes Combattantes (CCC), Pascale Vandegeerde, is op 64-jarige leeftijd overleden. De CCC was een extreemlinkse terreurgroep die midden jaren ’80 vijfentwintig aanslagen pleegde in België. De vier kernleden werden al in 2000 en 2003 vrijgelaten. Sommigen werden nadien opnieuw gelinkt aan terroristische groeperingen.
Pascale Vandegeerde richtte in 1981 met een tiental jongeren een groepering op dat een communistisch maandblad uitgaf en bijeenkomsten organiseerde. Later mondde dat uit in de Cellules Communistes Combattantes (CCC). Die groepering, geleid door Pierre Carette, met kernleden Pascale Vandegeerde, Didier Chevrolet en Bertrand Sassoye, pleegde in totaal 25 aanslagen, die ze meestal op voorhand aankondigden. Bij de aanslagen vielen twee doden en 28 gewonden.
Banden met internationale organisaties
Het eerste wapenfeit van de groepering was in mei 1984: de diefstal van zware wapens uit een kazerne van het Belgisch leger in Vielsalm (provincie Luxemburg). Daar lieten ze een zwaargewonde militair voor dood achter toen ze er met de wapens vandoor gingen. Een kleine maand later stal de CCC meer dan 800 kilogram dynamiet uit de steengroeve Scoufflény bij Ecaussines. Uit onderzoek blijkt dat die explosieven later gebruikt zouden worden bij aanslagen door de CCC zelf, maar ook door de Franse en Duitse communistische organisaties Action Directe en Rote Armee Fraktion.
De CCC was uitgesproken communistisch en richtte zich met zijn aanslagen vooral op grote (internationale) bedrijven, internationale instellingen en werkgeversorganisaties. Zo werden vestigingen van MAN, Honeywell, de Kredietbank in Leuven, Motorola, Bank of America en de NAVO geviseerd. Daarnaast kwamen er aanvallen op gebouwen van andersdenkende politieke stemmen. Denk daarbij aan het CVP-secretariaat in Gent en een gebouw van het Liberaal Studiecentrum Paul Hymans.
Belgische veiligheidsdiensten en Bende van Nijvel
De meest opvallende aanslag was waarschijnlijk die op een NAVO-pijpleiding in Wortegem-Petegem. Tegelijkertijd kwam er namelijk een aanslag op het Central Europe Pipeline System in het Franse Versailles. De professionaliteit van die operatie zorgde ervoor dat sommigen een complot zagen waarin de Belgische veiligheidsdiensten betrokken zouden zijn.
De identiteit en de anti-imperialistische gedachten van de vier kernleden van de CCC waren immers al bekend bij de veiligheidsdiensten. Ook zou de diefstal van 800 kilogram dynamiet en de sabotage van de NAVO-pijpleidingen quasi onmogelijk zijn zonder hulp van buitenaf.
Bovendien is het volgens veel mensen niet toevallig dat de communistische aanslagen samenvielen met de aanvallen op Delhaizes van de Bende van Nijvel. Rond die reeks aanslagen heerst nog veel onduidelijkheid en sommige onderzoekers denken aan een verband tussen de twee. De laatste aanslag van de Bende van Nijvel was op 9 november 1985, de laatste aanslag van de CCC op 6 december van hetzelfde jaar. Tien dagen later werden de vier CCC’ers opgepakt. De aanslagen van beide groeperingen zouden kunnen passen in de ‘strategie van de spanning’, waarbij angst, propaganda en terrorisme gebruikt zou worden door Belgische geheime diensten of politieke entiteiten om een bepaalde sfeer te creëren.
De vier CCC’ers werden voor hun terroristische acties veroordeeld tot levenslang, maar Chevrolet, Vandegeerde en Sassoye kwamen al in 2000, amper 15 jaar na hun laatste aanslag, vrij. Leider Pierre Carette mocht in 2003 de gevangenis verlaten. Bertrand Sassoye werd er in 2007 opnieuw van verdacht lid te zijn van een communistische terreurorganisatie, het Italiaanse Partito Comunista Politico-Militare.
Lees ook: