In het museum van de Koninklijke Bibliotheek in Brussel is sinds vorige week een nieuwe selectie handschriften en prenten uit de tijd van de Bourgondische hertogen te bewonderen. Eén boekje is wel heel bijzonder: de ‘Basses Danses’ van Margareta van Oostenrijk. De perkamenten bladen zijn namelijk zwart en beschreven met zilveren en gouden inkt.
De kans om een handschrift op zwart perkament te zien, is zeer klein. Wereldwijd zijn er vandaag slechts zeven exemplaren bekend. Ze stammen allemaal uit Vlaanderen, zijn gemaakt in het vierde kwart van de vijftiende eeuw en ze zijn verbonden met het Bourgondische hof. Enkele mooie voorbeelden zijn het ‘Zwarte Getijdenboek’, omstreeks 1475 gemaakt in Brugge, dat wordt bewaard in de Pierpont Morgan Library in New York, en het rijkelijk versierde ‘Getijdenboek van Maria van Bourgondië’, eveneens rond 1475 in Vlaanderen vervaardigd.
Luxueus en kwetsbaar
Middeleeuwse manuscripten zijn altijd uniek en zeer kostbaar, maar de ‘zwarte’ zijn ongezien luxueus. De perkamenten folio’s van deze handschriften werden gekleurd met koolstof of met ijzergal. Een ingrediënt van die inkt werd gewonnen uit gallen van vooral eikenbomen. De gallen (ronde bollen van 2 tot 4 cm in diameter) zijn het product van chemicaliën die in de bladknoppen worden geïnjecteerd door de larven van galwespen. Eiken gallen werden al door de Romeinen gebruikt voor de productie van inkt. Dat het Bourgondische hof een voorliefde had voor zwart hoeft ons niet te verwonderen. De kleur stond symbool voor prestige en bovendien werden de zwarte perkamenten beschreven met zilveren en gouden inkt, wat de uitstraling van het handschrift extra in de verf zette.
De zwarte kleur geeft een prachtig resultaat, maar vormt een hele uitdaging op het vlak van conservatie. De zuren in de inkt tasten de perkamentvezels aan, waardoor de handschriften uiterst broos worden.
Lage dans voor de hoge adel
Het zeldzame zwarte manuscript in de Koninklijke Bibliotheek in Brussel wordt aangeduid als de ‘Basses Danses’ van Margareta van Oostenrijk, omdat die haar naam erin schreef en omdat het is vermeld in de inventaris van haar bibliotheek. Het is een kostbaar kleinood in een band die bekleed is met karmozijnrood satijn. Het is rond 1500 vervaardigd en is het oudst bekende dansboek uit de Lage Landen. Het handschrift staat wereldwijd bekend als de belangrijkste bron voor de stijl van de basse danse en de bijhorende muziek.
De basse danse was in de vijftiende en vroege zestiende eeuw populair aan vooral het Bourgondische hof. Het woord ‘basse’ beschrijft de stijl van de dans, waarbij de dansers sierlijk met de voeten over de vloer schuiven, terwijl ze een grote variatie aan passen, buigingen en wendingen uitvoeren. Het is een zeer langzame en deftige dans die thuishoorde in de hoogste adellijke kringen.
Nog één keer te zien
Ook met het ‘Basses Danses’-handschrift moet heel behoedzaam worden omgesprongen. In de negentiende eeuw zijn pogingen ondernomen om het te restaureren, maar de bladen zijn daardoor nog meer beschadigd. Daarom heeft de Koninklijke Bibliotheek, in samenwerking met de Alamire Foundation, een hoogwaardige facsimile laten maken van het manuscript. Die neemt in de tentoonstelling de plaats in van het origineel, dat allicht nooit meer uit de veilige bewaarplaats zal worden gehaald.
Op 3 en 4 december krijgen we de unieke kans om gedurende één weekeinde en voor het laatst de originele ‘Basses Danses’ van Margareta van Oostenrijk te bewonderen.
Eenmalige tentoonstelling van de ‘Basses Danses’, 3 en 4 december 2022, KBR Museum, Brussel, www.kbr.be