Terwijl Avatar 2 alle cinemarecords slaat, en de inkomsten nu al hoger liggen dan bij de eerste Avatar-film, lokt regisseur James Cameron de eerste polemieken uit, niet toevallig in de Verenigde Staten. De voorzitster van de vereniging ‘Indigenous Pride’, Yue Begay, noemde de film in de Amerikaanse krant Los Angeles Times “verschrikkelijk en racistisch”. Ze wijst op neokolonialisme dat de film kenmerkt: “Onze culturen werden op een schadelijke manier gerecupereerd om het complex van de reddende blanke man hoog te houden.” Ze heeft het over “culturele toe-eigening”, een term die is overgenomen uit de woke-ideologie. Anderen winden zich in sociale media op over het feit dat de Na’vi niet worden gespeeld door native Amerikanen.
Te ver gezocht? Misschien niet, want James Cameron heeft zelf enkele keren gewezen op de parallellen tussen Avatar en de Amerikaanse geschiedenis. In 2009 evoceerde hij een “sciencefictionverhaal geïnspireerd door de geschiedenis van Noord- en Zuid-Amerika in het begin van de koloniale periode”. In 2010 verklaarde de regisseur in de krant The Guardian, en hij verwees hierbij naar de eerste film: “Ik had de indruk 130 jaar terug in de geschiedenis te zijn en te observeren wat Sioux zouden kunnen hebben gezegd terwijl ze werden uitgemoord en men allerlei eisen oplegde over waar ze zich moesten vestigen.” Dit was een krachtlijn in het uitschrijven van Avatar. “Ik kon me niet van de indruk ontdoen dat die Sioux, als ze een venster op de tijd hadden gehad waarmee ze in de toekomst konden kijken en ze het zelfmoordcijfer van hun kinderen zouden vaststellen, misschien wat harder hadden moeten vechten.”
Maori
Yue Begay betreurt bijvoorbeeld het feit “dat veel elementen van niet-blanke culturen door elkaar werden gemengd zonder onderscheid”. In Oceanië klagen sommigen de “onbeschofte” voorstelling aan van Na’vi en het gebruik van traditionele Maori-tatoeages, die men bijvoorbeeld in Nieuw-Zeeland terugvindt en op de Cookeilanden. De cineast, die een potpourri van alle tribale culturen brengt, zou dus als het ware de kiemen gelegd hebben voor deze polemiek. James Cameron, die de zaak wil kalmeren, gaat door het stof en stelt recent in een interview dat “alle personen, die historisch het slachtoffer zijn geworden, altijd gelijk hebben”. Hij stelt verder: “Het is niet aan mij, die spreekt vanuit een wit privilege, om hen te zeggen dat ze ongelijk hebben.”