Het einde van 2022 bracht nog droevig nieuws voor voetballiefhebbers wereldwijd. Sportheld Pelé is niet meer. Edson Arantes do Nascimento, zo was zijn echte naam, leerde de wereld houden van het Braziliaanse voetbal. Hij speelde in speciale kleuren met een lange geschiedenis.
Vandaag speelt de ploeg in het geel, blauw en een beetje groen. Dat geel leverde hen de bijnaam ‘Kanaries’ op. Vandaag herkent iedereen de kleuren, maar dat was niet altijd zo. Meer nog, de Brazilianen speelden eerst in het wit.
De Braziliaanse nationale ploeg is relatief jong en werd pas opgericht in 1914. Ze speelden toen niet eens goed, want er was interne verdeeldheid bij de bonden van het land. De eerste grote toernooien waren dan ook niet bijzonder memorabel.
Nationale ramp
Maar dan organiseerde Brazilië in 1950 zelf het WK, en dat ging beter. Meer zelfs, de Brazilianen raakten tot in de finale in het Maracanãstadion, speciaal gebouwd voor de gelegenheid. Daar namen ze het op tegen Uruguay. Het systeem was toen anders en Brazilië had genoeg aan een gelijkspel om eindwinnaar te worden. De thuisploeg kwam op voorsprong, maar Uruguay ging alsnog met de winst lopen. Een nationale ramp voor een zegezeker Brazilië. Kranten hadden voor de wedstrijd al gepubliceerd over ‘de nieuwe kampioen’. De Copa América was een jaar eerder gewonnen door 46 doelpunten te maken in 8 wedstrijden. De medailles, met de namen van de Brazilianen erin gedrukt, lagen al klaar. De nederlaag sloeg in als een bom en werd een nationaal trauma. In het stadion pleegden twee fans zelfmoord en in de daaropvolgende dagen volgden er nog in het hele land.
Nieuwe kleuren
De witte shirts werden op slag onpatriottisch en ze schakelden over naar een nieuwe outfit, met de kleuren van de nationale vlag. Het waren de kleuren die ook al prijkten op de vlag van het Braziliaanse Keizerrijk. Het waren de dynastieke kleuren van het Huis Bragança, dat Portugese koningen en Braziliaanse keizers leverde, tot beide landen republieken werden.
Het heraldisch symbool was een groene wyvern, een fictief gevleugeld reptiel op twee poten dat lijkt op een draak en verwijst naar Sint-Joris. Het geel komt van Maria Leopoldina van Oostenrijk, de eerste keizerin. Zij kwam van het huis Habsburg. Ze was zelfs de dochter van de laatste keizer van het Heilig Roomse Rijk en haar zus huwde met Napoleon Bonaparte. De Habsburgse kleuren waren oorspronkelijk rood en wit, maar toen ze het Heilig Roomse Rijk domineerden, adopteerden ze de kleuren van Duitsland, zwart op goud.
Het blauw komt van de andere richting, namelijk toen Brazilië een republiek werd, in 1889. Het keizerlijk wapen verdween van de vlag en in de plaats kwam een blauwe cirkel met witte sterren, die stelde de nachtelijke lucht boven Rio de Janeiro voor op 15 november in 1889.Al die kleuren dienden voor het nieuwe plunje van de nationale ploeg, ontworpen door Aldy Schlee, een beroemde Braziliaanse schrijver.
Nieuw spel
Het eerste WK voetbal dat ze speelden ging goed, tot de sterrenploeg botste op een sterk Hongarije. Mogelijk aangevuurd door een brandend patriottisme gaven de Brazilianen zich niet gewonnen, maar ze vochten. Letterlijk. De wedstrijd ging de geschiedenisboeken in als de slag om Bern en geldt als een van de lelijkste wedstrijden aller tijden. Vier jaar later, in 1958, stond er een 17-jarige Pelé in de ploeg. Hij en zijn maats veroverden de wereld en in 1970, toen het WK voor het eerst in kleur werd uitgezonden, waren ze volgens velen op dat moment de beste ploeg ooit. Ze speelden magistraal en in alle betekenissen van het woord kleurrijk. Of zoals Pelé zelf zei: “Jogo bonito”, het mooie spel.