Op 31 december begon de 43ste editie van de Rally van Dakar. Een bijzonder exotische en spectaculaire autowedstrijd die menig raceliefhebber doet dromen. Maar ze is ook extreem zwaar en niet zonder risico.
De eerste Rally van Dakar werd gehouden in 1979. Toen heette de wedstrijd nog ‘Paris-Dakar’. Het startschot weerklonk in Parijs en het eindpunt van de race was de hoofdstad van Senegal. De rest van het parcours besloeg de wijdere omgeving van West-Afrika. Men rijdt ongeveer 15.000 kilometer per wedstrijd, vaak in de woestijn, onder de verzengende hitte van de Afrikaanse zon. Dat vraagt een grote tol van het materiaal, maar ook van de piloten zelf.
Want in tegenstelling tot klassieke rally’s, is die van Dakar off-road. Dat wil zeggen dat men niet op klassieke wegen rijdt, maar op moeilijk terrein zoals modder, duinen, kameelgras, rotsen, stenen en dergelijke meer. Elke dag ‘vliegt’ men over 800 à 900 kilometer. Er zijn verschillende categorieën van voertuigen die meedoen: auto’s, moto’s, quads, ‘side by sides’ en zelfs vrachtwagens. Sinds 2021 zijn er ook ‘classics’: auto’s en trucks van voor 2000. Die rijden een parallelle, maar andere route.
De organisatie die de race beheert is trouwens Amaury Sport Organisation, de ASO. Gekend van de organisatie van onder meer de Tour de France in het wielrennen, maar ook golf-, loop- en zeilwedstrijden.
Risico
De oorsprong van de rally ligt bij de Fransman Thierry Sabine die in de Ténéréwoestijn verdwaalde terwijl hij meedeed aan een andere wedstrijd en het een uitgelezen plek vond om een nieuwe race te organiseren. De uitdaging is groot, maar de natuur wondermooi, al is het niet zonder risico.
Ter illustratie van de omstandigheden: de allereerste Paris-Dakar in ’79 begon met 182 voertuigen aan de start. 10.000 kilometer verder bleven er nog 74 over. De eerste winnaar was Cyril Neveu, op de motorfiets. Hij won later nog 4 keer. De race was populair en twee jaar later deden er al 291 voertuigen mee. De exotische sfeer trok van in het begin vrijbuiters en avonturiers aan en al snel reed er ook een Rolls-Royce mee. Belgische Formule 1-piloot Jacky Ickx verscheen aan de start met een Citroën CX.
Tegen het eind van de jaren ’80 begonnen fabrieksmerken mee te doen. Er waren intussen 603 deelnemers in 1988. In ’92 was er een daling van het aantal deelnemers en men besloot te finishen in Kaapstad, maar dat hielp niet bijzonder veel. In 1997 besloot men exclusief in Afrika te racen. Voor het eerst won met de Japanner Kenjiro Shinozuka een niet-Europaan, in een Mitsubishi. In 2001 won de eerste vrouw, in dezelfde wagen, Jutta Kleinschmidt. Ze was ook de eerste Duitse die won in een wagen. Het aantal deelnemers begon ook weer te stijgen en klom tot bijna 700 in 2005.
Het gevaar komt niet alleen van de toestand van Afrikaanse infrastructuur, de loden zon, de extreme temperaturen of de hoge snelheden, de omgeving zelf is ook apart. De orde die heerst in westerse landen vindt men veel minder terug in Afrika en roversbenden zijn er een fenomeen. In 1988 stierven er 6 mensen door ongelukken en in 1999 gijzelden rebellen een aantal wagens uit de karavaan, onder andere die van Koen Wauters. Maar ook het islamitische terrorisme is een factor. In 2008 werden vier Franse toeristen in Mauritanië vermoord. In 2009 besloot de organisatie om de race te laten plaatsvinden in Zuid-Afrika. Daar bleef men 10 jaar lang. Zuid-Afrika heeft namelijk gelijkaardige condities voor de rally. Vanaf 2020 verhuisde alles naar Saudi-Arabië.
Speciaal
De extreme condities zijn aanlokkelijk voor constructeurs omdat zo ze kunnen bewijzen veel aan te kunnen en duurzaam te zijn, al zijn ze natuurlijk zwaar aangepast. De score hangt niet af van de snelste tijd, maar van tijd-snelheid en afstand. De meest succesvolle Vlamingen, Charly Gotlib en Tom Colsoul, reden met een truck. Hoewel autosport veilig is geworden, is Dakar door de speciale omstandigheden dat veel minder en de lijst van sterfgevallen is lang. 76 mensen lieten het leven door de rally, onder wie 31 deelnemers. Bekende deelnemers zijn onder meer Mark Thatcher, ‘zoon van’, die 6 dagen vermist was en Omar Osama bin Laden, ook zoon van, die vrede wilde promoten. Ondanks de populariteit is er ook veel tegenstand. Sommigen vinden het een vulgaire tentoonstelling van macht en welvaart bij de armste landen op aarde, al speelt dat minder op het Arabische schiereiland, maar daar zijn mensenrechten dan weer een probleem. Ook vanuit groene hoek komt er kritiek.