Duizenden Russen proberen aan de mobilisatie te ontsnappen door de grens over te steken naar Estland en Letland, twee EU- en NAVO-landen die grenzen aan Rusland.
Er zijn twee denkrichtingen in verband met de Russen die nu naar het Westen uitwijken. Volgens de eerste, die dominant is in Estland en Letland, moet men die Russen géén asiel verlenen. Zij moeten in Rusland blijven en zich verzetten tegen de mobilisatie en de oorlog. Een vrije uitstroom van alle ontevredenen zal het binnenlandse verzet in Rusland verzwakken en de positie van Poetin versterken. Volgens de tweede denkrichting biedt een ruimhartige opvang van vluchtende Russen een schitterende kans om de ‘brain drain’ uit Rusland nog te versterken, de mobilisatie verder te ondermijnen en nog meer militairen aan te moedigen om te deserteren. En ook daar is veel voor te zeggen. Alleen zijn beide visies natuurlijk onderling onverzoenbaar.
Etnische Russen
Estland telt 1,3 miljoen inwoners, Letland 1,8 miljoen. In beide landen bestaat ongeveer 24 procent van de bevolking uit Russen die het bijna allemaal vertikken de plaatselijke talen te leren. In de Sovjetperiode werden tienduizenden Esten en Letten vermoord, gedeporteerd of op de vlucht gedreven. Hun huizen werden ingepalmd door Russen. Het zou voor iedereen duidelijk moeten zijn dat hieruit op geen enkele manier territoriale, taalkundige of politieke rechten kunnen voortvloeien, maar de Russische minderheden, met hun diep ingebakken superioriteitsgevoel tegenover alle andere volkeren, zien dat natuurlijk anders.
Vóór de Russische nederlagen in Oekraïne hoopten vele Russen in Estland en Letland heimelijk – en soms openlijk – dat Poetin hen zou komen ‘redden’, zoals de Russischtaligen in Loegansk, Donetsk of Marioepol ‘gered’ werden, zelfs al lagen ze als verkoolde lijken onder de ruïnes van hun huizen. Het zou beter zijn geweest als de Baltische landen de Russen in 1991, toen de USSR op apegapen lag, een jaar de tijd had gegeven om Lets en Estisch te leren… of hun biezen te pakken. In deze context is het duidelijk dat Estland en Letland nooit zullen instemmen met een ‘oplossing’ waarbij grote aantallen Russen zich blijvend in het land mogen vestigen. In het huidige EU-systeem leidt asiel in de praktijk tot een permanente verblijfsvergunning. Estland en Letland verlenen soms wel asiel aan Russen, maar in heel kleine aantallen en na een strenge selectie.
Asielzoekers
Bij die selecties blijkt dat veel van de asielzoekende Russen enthousiaste aanhangers waren van Poetin en dat zij op sociale media de oorlog in Oekraïne enthousiast toejuichten, soms inclusief de verschrikkelijke wreedheden. Zolang anderen dat deden, vonden ze het allemaal prima. De schrik sloeg hen pas in de benen toen zij beseften dat zij nu zelf naar het front gestuurd zouden worden. Het is onzeker hoe die Russen zouden reageren op uitzetting naar Rusland. Zouden zij een verzetsgroep oprichten? Onderduiken? Of met slepende voeten toch maar dienstnemen om als kanonnenvlees in het leger te dienen? Ik vrees dat de eerste hypothese het minst waarschijnlijk is en de tweede het meest. Slechts een kleine minderheid van de Russische asielzoekers had in het verleden ook maar iets gedaan dat als verzet tegen of kritiek op het regime beschouwd kon worden. Enkele van die mensen hebben wél asiel gekregen. Maar echt niet veel.
Zuid-Korea volgt bijvoorbeeld hetzelfde restrictieve beleid. Op de luchthaven van Seoel zitten momenteel vijf Russen vast, nadat hun asielaanvraag werd afgewezen. Georgië en Kazachstan daarentegen voerden een opengrenzenbeleid. In de twee weken na de ‘partiële mobilisatie’ trokken er 80.000 Russen naar Georgië en 300.000 (!) naar Kazachstan. Maar in dat laatste land begint de onvrede daarover te groeien, niet alleen omwille van de te grote aantallen, maar nog meer door de onverbeterlijke imperiale arrogantie waarmee sommige Russen zich zelfs tegenover hun gastheren gedragen.