Als het scenario van nieuwe Tweede Kamerverkiezingen zich zou voordoen, dan zou de VVD fors verlies lijden. De partij van Mark Rutte komt dan op 28 in plaats van 34 zitjes in de Tweede Kamer. Dat blijkt uit een ondervraging van Maurice De Hond. Die kwam er in nasleep van de affaire Rutte en diens rol in de formatie.
De peiling van De Hond koppelt de zetelvermindering aan de affaire en de slechte beurt die Rutte maakte in de Tweede Kamer de afgelopen week. Rutte overleefde het debat met de hakken over de sloot. Tevens ontweek hij nipt een motie van wantrouwen en verloor hij steun van een kostbare partner in de regeringsvorming: de CU.
Wat zou de burger gedaan hebben?
In zijn enquête legt De Hond ook de macht bij de ruim 4000 ondervraagden. Hij stelt ze de vraag wat zij gedaan zouden hebben als Tweede Kamerlid. Meer dan de helft (54 procent) gaf aan dat ze voor de motie van wantrouwen hadden gestemd. Daarbij komt ook nog eens 26 procent die ook de motie van afkeuring zou steunen. Onder de deelnemers bevonden zich ook VVD kiezers. Daarvan zou 37 procent voor één van de twee moties gestemd hebben. Slechts 20 procent van de ondervraagden zou voor geen enkele van de twee moties gestemd hebben.
Nieuw kabinet
Bij de deelnemers werd ook gepeild of de partij waarop ze gestemd hebben alsnog in een nieuw kabinet met Rutte als premier zouden moeten treden. De kiezers van de drie regeringspartijen waren duidelijk: als het van hun afhangt stapt hun partij niet in de nieuwe regering met Rutte(D66, 68 procent, CDA, 57 procent en CU, 57 procent). De kiezers van de VVD daarentegen vinden wel nog steeds dat hun partij de regering moet gaan leiden en dat Rutte aan het hoofd moet staan (77 procent).
