Maatregelen die vliegreizen ontmoedigen leiden tot meer autokilometers

Nederlandse reizigers vervangen zakelijke vluchten op korte afstanden vaker door een autoreis dan een treinreis, dat blijkt uit onderzoek van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM). Het instituut betwijfelt om deze reden of de CO2-uitstoot beperkt kan worden door zakelijk vliegen te ontmoedigen.

De helft van de zakelijke vluchten die Nederlanders nemen zijn naar het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Italië, Spanje en de Verenigde Staten. Om CO2-uitstoot af te bouwen zouden de zakelijke reizigers idealiter met de trein reizen bij kortere afstanden. Zo stoot volgens onderzoek van het Europees Milieuagentschap (EEA) een kilometer reizen met de trein ruim 20 keer meer CO2 uit per kilometer per passagier. Op afstanden tot 750 kilometer blijkt de auto echter het belangrijkste transportmiddel voor zakenreizen. Auto’s stoten per passagier in verhouding ruim vijf keer minder CO2 uit dan vliegtuigen.

Treinproduct

Volgens KiM is de beperkte populariteit van de trein een probleem zonder pasklare oplossingen. “Verbeteringen in het internationale treinproduct zijn lastig te realiseren door een gebrek aan middelen; deze vergen immers grote investeringen. Naast geld speelt het grote aantal betrokken partijen een belangrijke belemmerende rol. Nieuwe verbindingen of substantiële reistijdverbeteringen komen hierdoor moeizaam tot stand. Een sterke verbetering van het treinproduct is daarom op korte en middellange termijn niet te verwachten.”

Het onderzoek wijst ook op het belang van zakelijke reizigers voor de luchtvaartsector in zijn geheel. Deze passagiers zijn vaak hoogopgeleide mannen met hoge lonen, die ook veel op eigen initiatief het vliegtuig nemen, voor zowel werk als vrije tijd. Zij betalen ook meer per gevlogen kilometer. De occasionele reiziger kan hierdoor genieten van een groter aanbod aan directe vluchten en lagere prijzen.